Luisterversie
Volgt nog
Toelichting
De vreemdeling wordt in andere vertalingen ook wel zwerver genoemd. Je moet hierbij denken aan een ontheemd iemand, niet thuis in het land waar hij verkeert en daarom rechten en bescherming ontbeert. Onwillekeurig dringt het beeld van de asielzoeker/vluchteling zich aan ons op.
Stoete of brood…
“Stoete” is het brood van de rijken. “Brood” staat voor roggebrood, het brood van de armen. Ik ga hier niet altijd even strikt mee om en gebruik, als het rijm, ritme of de regellengte erom vragen, gerust het woord “brood” als eigenlijk “stoete” bedoeld wordt.
Het onderscheid tussen “stoete” en “brood” is niet typisch Rijssens; ook elders in Twente kom je beide benamingen tegen (en ook in de Biebel in de Twentse Sproake kom je zowel “brood” als “stoete” tegen).
Het was ook nu weer een hele opgave om zo compact mogelijk te berijmen zonder de gegeven volgorde in de onberijmde psalm geweld aan te doen (achtereenvolgens: onderdrukten; hongerigen; gevangenen; blinden; gebogenen; oprechten; zwervers (vreemdelingen); wezen en weduwen). Misschien loop je hier ook tegen het gegeven aan dat het Rijssens geen schrijftaal is en je niet kunt putten uit een rijke (literaire) database, zowel letterlijk als lijfelijk. Met dat laatste bedoel ik dat ons geheugen niet is verrijkt met een uitgebreide schriftelijke traditie wat het Rijssens aangaat. En al helemaal niet op het gebied van Bijbel- en geloofstaal. Het moet zich gaandeweg gaan vormen, grotendeels nog uitgevonden worden. Er zijn verhalen bekend van ouderlingen die in het Rijssens baden tijdens een zondagse leesdienst of het huisbezoek, omdat ze het Nederlands niet beheersten. Mijn moeder heeft dat als jonge vrouw meegemaakt. We hebben het dan met name over de periode vóor of omtrent de tweede wereldoorlog. Deze “Rijssense” gebeden zijn – voor zover mij bekend – niet op schrift gesteld.