Luisterversie
Volgt nog
Toelichting
Aan het laatste couplet moest ik behoorlijk wat toevoegen; soms is dat onvermijdelijk. Tenzij je kiest voor een half vers, maar dat heeft niet mijn voorkeur. Een klein onderzoek wijst uit dat ook aan het laatste couplet van de berijming van 1773 ( Zo ik niet had geloofd dat in dit leven…) ruim 50% is toegevoegd… Incidenteel ontkom je er niet aan; je probeert dan zoveel mogelijk in de geest van de psalm te berijmen. Toch is dit couplet erg geliefd bij de zingende gemeente. Is dat dankzij of ondanks alle toevoegingen? Een interessante vraag! Hieronder plaats ik de onberijmde tekst uit de HSV (de donker gedrukte tekst is door vertalers toegevoegd!). Daaronder heb ik de berijmde tekst van 1773 geplaatst en eveneens donker gemaakt wat mijns inziens toegevoegd is.
Als ik toch niet had geloofd dat ik de goedheid van de HEERE
zou zien in het land van de levenden,
ik was vergaan.
Wacht op de HEERE,
wees sterk
en Hij zal uw hart sterk maken;
ja, wacht op de HEERE.
Zo ik niet had geloofd, dat in dit leven
Mijn ziel Gods gunst en hulp genieten zou,
Mijn God, waar was mijn hoop, mijn moed, gebleven?
Ik was vergaan in al mijn smart en rouw.
Wacht op den HEER, godvruchte schaar, houd moed:
Hij is getrouw, de bron van alle goed;
Zo daalt Zijn kracht op u in zwakheid neer;
Wacht dan, ja wacht, verlaat u op den HEER.
Helleg kan toornig betekenen in combinatie met het handelen van God, maar het kan evengoed de betekenis hebben van “woedend” in combinatie met de woede/het woeden van vijanden. Er zijn in het Rijssens maar weinig tot geen synoniemen om woorden als woede, toorn, boosheid uit te drukken. Bijna alles valt onder het begrip “helleg” of “helleghaejd”. Soms gebruik ik de term “grimmeghaejd”. Het woord wuest (woest) wordt gebruikt om een landschap te omschrijven; zo is een woestijn een “wuestenieje”.